Algemeen
Ten oosten van de lijn Barneveld-Kootwijk zakt hemelwater in de bodem weg om in de Gelderse Vallei in de vorm van kwel weer naar boven te komen. Hierdoor zijn er in de lage delen van de Vallei goede voorwaarden voor bijzondere kwelafhankelijke natuur. De westelijke Veluwerand vormt de oorsprong van diverse beken in de Vallei, die samenvloeien in de vroegere Grift/ Eem, nu het Valleikanaal.
Het hele westelijke gebied van de Veluwe kent sowieso al droge periodes in de zomer, wanneer het grondwater wegzakt. Als gevolg van klimaatverandering hebben de gebieden langs die kant van de Veluwe in de zomer steeds meer last van droogte en droogval in sloten en beken. In de laaggelegen gebieden langs het Valleikanaal kan daarentegen soms ook veel wateroverlast optreden.
Waterschap Vallei en Veluwe heeft allerlei maatregelen voorzien en uitgevoerd voor de beken en gebieden in de Vallei teneinde naast verbetering van de ecologische kwaliteit ook de invloed van zowel droogte als wateroverlast te beperken. Zie voor gedetailleerde gebiedsopgaven het BOP 2022-2027. Om de waterkwaliteit te laten voldoen aan de Europese Kader Richtlijn Water (KRW) en droogte te bestrijden, moet de snelle afstroom van water worden tegen gegaan.
Bij Barneveld loopt een aantal beken, die alle in westelijke richting stromen en via het Valleikanaal uitkomen in de Eem. De belangrijkste zijn, van zuid naar noord, de Modderbeek, de Barneveldse Beek, de Kleine Barneveldse Beek, de Esvelderbeek en, op de grens met Hoevelaken, de Hoevelakense Beek.
Barneveldse Beek
Op de Barneveldse beken zijn tussen 1600 en 1615 diverse watermolens opgericht. In die korte periode zijn vier watermolens gebouwd, waarschijnlijk allemaal onderslagmolens. Drie van die molens kwamen op de Barneveldse Beek. De Oliemolen bij De Aart, iets boven de uitmonding van de Kleine Barneveldse Beek in de Barneveldse Beek, is gebouwd als hennepmolen en later verbouwd tot achtereenvolgens papiermolen en oliemolen. Ten zuidwesten van Barneveld werd een hennepmolen gebouwd, de latere Pelmolen. Een eind stroomopwaarts werd de Korenmolen bij de Tol gebouwd, die nog tot 1950 op waterkracht heeft gewerkt. Op dezelfde beek stonden verder stroomafwaarts in de provincie Utrecht de beide Stoutenburgse kopermolens. (deze staan niet weergegeven op de BAV en in het Molenregister.) De molen op het Goed Esveld, werd gebouwd op de Esvelderbeek, bij een buurtschap die op 19e-eeuwse topografische kaarten staat aangegeven als ‘Wenkop’. In 1608 werd toestemming gegeven om hier een vol- of hennepmolen te bouwen. Later blijkt de molen in gebruik als papiermolen. In 1717-18 staat ‘dog de molen van Wencum affgebrooken, en daer geen beeck meer sijnde’. De belangrijkste bovenloop van de Esvelderbeek is de Grote Beek, die ontspringt aan de oostzijde van Stroe. In dat laatste gebied meende J.D.Moerman in de jaren dertig sporen van een sprengenbeek te herkennen. Deze was toen al dichtgestoven met zand en is noch op oude noch op recente topografische kaarten terug te vinden.
Later werd nog een vijfde molen gebouwd.
In 1690 werd de Esvelderbeek in erfpacht gegeven aan de bewoner van het huis De Schaffelaar (Barneveld), om de grachten van dat huis te voeden en een papier- of ander molentje (maar geen korenmolen) aan te leggen. De Topografische- en Militaire Kaart (1850-1864) toont een waterloop die ten noordoosten van Esveld van de beek aftakt, langs de weg Barneveld-Voorthuizen naar het zuiden loopt en kort voor Barneveld aftakt naar de Koeweide, het terrein dat is voorzien van een gracht en waarop tot 1799 het huis De Schaffelaar stond. De eigenaar van dit landhuis had toestemming om water vanuit de Esvelderbeek naar de Koeweide te laten stromen om de gracht door te spoelen. Alhoewel een directe verbinding tussen de Esvelderbeek en de gracht rondom het landhuis De Schaffelaar langs de weg Voorthuizen-Barneveld ontbreekt, is wel vastgesteld dat de grachten van het landhuis wel worden gevoed door water dat afkomstig is vanaf het gebied noordelijk van het landhuis.
De Papiermolen bij het Kasteel de Schaffelaar werd kort na 1799 (?) gebouwd bij de plek waar dit Papiermakersbeekje in de Kleine Barneveldse Beek stroomde. Aan de bovenlopen van de Barneveldse Beek moeten ook nog twee molens hebben gestaan: de Papiermolen aan de Roekelseweg en de Korenmolen aan de Lage Valkseweg. Van deze molens is weinig bekend.
De beken bij Barneveld zijn in de 20e eeuw rechtgetrokken. Enkele delen van de oude, bochtige lopen zijn nog in het terrein herkenbaar. De Modderbeek ontspringt ten zuidwesten van Barneveld aan de zuidkant van de Achterveldse Weg, dicht bij de A30. De beek stroomt naar het westen, gaat aan de zuidkant langs Achterveld en komt bij Leusden uit in het Valleikanaal. De beek is in 2016 tussen Achterveld en Leusden heringericht door het Waterschap, zodat de beek betere ecologische randvoorwaarden heeft. Het gebied is zo ingericht dat er door de meandering ook betere mogelijkheden zijn voor waterberging in de beekzone bij grote regenval. De beek is minder diep gemaakt en de stuwen zijn verwijderd.
De bovenlopen van de Barneveldse Beek zijn de Grote Valkse Beek en de Kleine Valkse Beek. De Grote Valkse Beek ontstaat ver naar het oosten, even ten westen van Otterlo. Er is ook en Valksche Beek die door het bosgebied doorloopt tot de N310 bij recreatiegebied De Zanding. Mede gevoed door een aantal zijbeken stroomt deze beek langs Wekerom en de Valk. De Kleine Valkse Beek ontspringt ten noordwesten van Harskamp. Ook deze beek heeft een aantal zijbeken. Vanaf de plaats waar de beken samenkomen, gaan deze verder als Barneveldse Beek. De beek stroomt ten zuiden van Barneveld en vormt daar de grens van de bebouwde kom. Tussen Barneveld en Achterveld voegt de Kleine Barneveldse Beek zich bij De Barneveldse Beek. Vlak voor Amersfoort komen achtereenvolgens de Esvelder Beek en de Hoevelakense Beek uit in de Barneveldse Beek. In Amersfoort mondt de Barneveldse Beek uit in het Valleikanaal.
Kleine Barneveldse Beek top
De Kleine Barneveldse Beek ontstaat ten oosten van Barneveld uit een paar beken die dicht bij het station van Barneveld bij elkaar komen. Dit bovenstroomse deel wordt gevoed door regenwater van het landbouwgebied ten oosten van Barneveld. Het water uit de waterpartijen in het Schaffelaarse Bos, stroomt onder de van Zuijlen van Nieveltlaan in Barneveld door en komt vervolgens ook in de Kleine Barneveldse Beek uit. De beek stroomt door het meer noordelijke deel van Barneveld. Ten westen van Barneveld heeft de beek als gevolg van het aanleggen van een omleidingskanaal twee lopen: een in 1970 gegraven rechte loop en een daaraan parallel lopende nog een in tact zijnde oude meander. De meander is in particulier bezit. Door versnelde afvoer van water was de aanvoer daarvan voor de meander te gering geworden, maar inmiddels zijn plannen voor verbetering en herstel uitgevoerd.De oude, natuurlijke meanderende loop is weer in gebruik genomen.
Deels loopt dit stukje beek door een loofbos dat in het voorjaar een grote bloemenrijkdom ten toon spreidt.
Het is een fraai voorbeeld van beekherstel! De bovenstromen van de Esvelderbeek ontstaan in een gebied dat ligt tussen Kootwijkerbroek en Stroe.
De belangrijkste zijn de Garderbroekse Beek en de Grote Beek. Vanaf het punt waar deze beken samenkomen heet de beek Esvelderbeek.
De beek stroomt al kronkelend ten zuiden van de spoorlijn Apeldoorn-Amersfoort verder, wordt op enkele plaatsen mede gevoed door zijbeken en komt ten zuidoosten van Hoevelaken uit in de Barneveldse Beek.De bovenstromen van de Hoevelakense Beek, zoals de Ganzenbeek, ontspringen in de omgeving van Voorthuizen,
waarvan een enkele ten oosten van deze plaats. Bij Terschuur heet de beek Hoevelakense Beek. Ook deze beek heeft verschillende zijbeken.
De beek stroomt ten zuiden van Hoevelaken en komt vervolgens dicht bij Amersfoort uit in de Barneveldse Beek.
Ecologische verbindingszonetop
De Esvelder Beek moet in de toekomst ook een ecologische verbindingszone vormen.
De natte delen van de zone, de Esvelder Beek en de oevers daarvan, moeten voor diersoorten als kamsalamanders en vissen weer een aantrekkelijk leefgebied worden.
In de middenloop van de beek, die loopt tot aan de Nijkerkerweg bij Barneveld, zijn in 1997 al een aantal voorzieningen gerealiseerd.
Er zijn natuurvriendelijke oevers, waaronder poelen, en cascadestuwen aangelegd. Door deze cascaden is dit deel migreerbaar gemaakt voor vissen en andere beekfauna.
Voor de benedenloop van de beek, het traject vanaf de Nijkerkerweg tot waar de beek uitstroomt in de Barneveldse Beek, is een plan opgesteld dat voor een deel in 2004 is uitgevoerd en in de jaren daarna verder gefaseerd gerealiseerd zal worden. In dit traject zijn voor het peilbeheer in het verleden onder meer stuwen aangebracht. Deze stuwen worden geautomatiseerd en voorzien van vispassages.
Overige beken in dit gebiedtop
De Ganzenbeek loopt vrijwel tot in de bebouwde kom aan de westzijde van Voorthuizen, het begin van deze beek ligt bij de Noordersingel, iets ten noorden van de Hoofdstraat. De beek loopt dan eerst langs tuinen van woningen en kruist de Rietdekkerslaan, waarna de beek langs de Buurtweg verder naar het westen stroomt. De Voorthuizerbeek loopt aan de noordzijde van Voorthuizen. Beide beken komen te samen in de Nooienbeek welke bij de N301 overgaat in de Hoevelakense beek deze mondt uit in de Hoevelakense beek.
De Appelschebeek en Rubberbeek die samen komen in de Bellemansbeek in het open gebied ten oosten van Zwartebroek in de buurt van de Leemweg en de Blankenhoefseweg. En de Zwartebroekerbeek die westelijk van Zwartebroek begint. Genoemde beken voeren voornamelijk oppervlaktewater af.
Bij Barneveld loopt ook de Astbeek en bij De Glind de Stichtingsbeek.
augustus 2022