Loenense Beek | sprengenbeek | Open in Beken Atlas Veluwe | |
Sloot Jochem Sprinkmeijerstraat | Open in Beken Atlas Veluwe | ||
Sloot Klein Horst | Open in Beken Atlas Veluwe | ||
Sloot Lonapark | Open in Beken Atlas Veluwe | ||
Sloot Slatsdijk | Open in Beken Atlas Veluwe | ||
Strobroekse Molenbeek | sprengenbeek | Open in Beken Atlas Veluwe | |
Stroobroeksebeek | sprengenbeek | Open in Beken Atlas Veluwe | |
Voorsterbeek Adelaarbeek of Meander de Adelaar | Open in Beken Atlas Veluwe |
Hooilanden
Algemeen
Het Waterschap Vallei en Veluwe heeft een waterbeheerprogramma vastgesteld voor de periode 2022-2027 (BOP). Voor het gebied waar de Loenense beken in liggen is een wateropgave vastgesteld. We noemen hier:
- het vergroten van de zoetwatervoorraad op de Veluwe, door het treffen van maatregelen voor meer infiltratie en vasthouden van water in sloten en beken en het beperken van droogval ervan. Dus het streven om zoveel mogelijk water vast te houden in een gebied;
- het, waar mogelijk, ontwikkelen van de bovenlopen van beekdalen als natuurlijke bronlandschappen;
- onderzoeken om na te gaan of gezuiverd rioolwater kan worden benut voor aanvulling van het watersysteem.
In detail kunt u op de Website van het Waterschap zoeken naar Ontwerp Blauwe Omgevingsprogramma (BOP 2022-2027)
Loenense Beek
De Loenense Beek ontspringt bij de sprengkoppen die ten zuiden van en in Loenen liggen.
Opvallend is dat het gehele bovenstroomse gedeelte westelijk van de Eerbeekse weg momenteel droog staat. Alleen het allereerste stukje van de sprengen heeft water, maar dit zijgt weg nog voordat het voormalige zwembad bereikt is. Waarschijnlijk is dit vooral te wijten aan de wateronttrekking in de omgeving. Een zijtak van de Loenense Beek heet Stroobroekbeek. Maar ook de verschillende vertakkingen van de beek hebben soms andere namen. Voor het gemak houden we op de BAV kaart voor de meeste beken, de Loenense beek aan. Na de samenvloeiing met het Verloren Beekje heet de beek Voorsterbeek. De Voorsterbeek mondt bij de ruïne Nijenbeek uit in de IJssel.
In het grensgebied van de stuwwal bij Loenen en Zilven lag vroeger de Bruisbeek. Twee van de sprengkoppen lagen ca 100 m oostelijk van de Droefakkers. Deze staan, evenals de beek zelf, droog. Door gebiedsuitbreiding van Loenen is daar de beek gedempt. Besloten is de beek niet meer op kaart aan te geven.
Volgens oude kaarten zijn de bovenlopen van de Loenense Beek en die van Zilven (Silvolde) aanvankelijk meer gescheiden geweest.
Vlakbij de sprengen bevindt zich het oudste zwembad van Loenen, gebouwd in 1920. Het zwembad behoorde bij het landgoed Groenouwe. Het bad kon door middel van greppels met water uit de sprengen doorgespoeld worden. Dit mocht alleen in de weekeinden omdat op doordeweekse dagen de wasserijen het water nodig hadden. Rond 1950 raakte het bad in verval. De uit zwerfstenen opgebouwde muur van de springplank is er nog. Op de vroegere molenplaats De Hunekamp bevindt zich nu een bedrijfsverzamelgebouw voor technologiebedrijven. Voorheen was dit de wasserij ‘De Hunekamp’. Er wordt momenteel geen gebruik van het beekwater meer gemaakt. De waterval is er niet meer; alleen een minirad aan de noordzijde van het bedrijf herinnert nog aan het vroegere gebruik van een rad. Vervolgens stroomt de beek naar de voormalige Zilvense Korenmolen. Hier was voorheen de dierenspeciaalzaak van Kruitbosch gevestigd. Tegenwoordig wordt een deel van het gebouw gebruikt door de bloemenspecialist Adriaan Blom. Het uit 1914 daterende gebouw heet ‘Het Molenhuis’. De beek staat droog; wijerd, rad, goot en waterval zijn verdwenen. Tussen de Eerbeekseweg en de Koedijk is de beek enige tientallen meters overkluisd ter plaatse van een agrarisch bedrijf. Eerst voorbij de Koedijk bevat de beek momenteel water. In de bebouwde kom van Loenen komen nog enkele sprengen uit in de beek.
Eén van deze zijtakken is de Bruisbeek waaraan een Mosterd- en snuifmolen stond. Een andere zijtak heeft ooit de verdwenen ‘Kleine Slas’ gevoed. De hoofdbeek buigt af naar het oosten en begint een kort opgeleid traject naar de voormalige Grote Slatsmolen. Het eind 19de eeuwse gebouw op de noordelijke oever is een restant van deze molen en nu in gebruik als opslagruimte. De waterval is er nog, het rad is na 1953 verdwenen. Aan de oostzijde van de Molenallee ligt een aquaduct. Een dergelijk aquaduct waar twee beken elkaar kruisen is vrij zeldzaam. De Loenense Beek stroomt hier onder de Sloot Slatsdijk door. De Sloot Slatsdijk verandert na het aquaduct in Sloot Lonapark en loopt langs de sportvelden naar de Sloot Klein Horst, die de gracht van kasteel Ter Horst met beekwater voedt. Het brede water in het Lonapark en het water rondom Kasteel Ter Horst wordt Stroobroekbeek genoemd. Verderop komt het grachtwater van de Stroobroekbeek bij de voormalige Strobroeksmolen in de Strobroekse Molenbeek uit. Deze stroomt hierna als Stroobroekbeek aan de westzijde van de toeristische spoorweg naar de Loenense Beek. Hieraan is het kunstmatige karakter van sprengenbeken goed te zien. De Loenense Beek wordt na de beekkruising opgeleid naar de voormalige Bovenste Molens. Alleen het woonhuis met de naam ‘de Bovenste Molen’ is er nog. Aan de molenactiviteiten herinneren nog de opleiding en de waterval. Die laatste is in 1997 door het Waterschap Veluwe gerestaureerd. Ook is er een omleiding met een cascadestuw gemaakt ten behoeve van vismigratie.
Strobroekse Molenbeek top
De Strobroekse Molenbeek heeft twee sprengkoppen aan de Vrijenbergerweg. Via enkele tuinen gaat dit water naar de voormalige Strobroeksmolen.
De boerderij bij de verdwenen molen is inwendig verbouwd tot appartementencomplex, ‘Strobroeksmolen’ genaamd. Twee kleine watervalletjes in de beek vanaf Ter Horst herinneren aan het gebruik van de waterkracht. Een zijtakje van de Stroobroekbeek, Koerenbeek geheten, heeft water geleverd voor een bierbrouwerij. De verbouwde boerderij met de naam ‘Brouwerij’ aan de Hoofdweg staat er nog steeds.
De Stroobroekbeek stroomt aan de westzijde van de toeristische spoorweg naar de Loenense Beek.
De Loenense Beek gaat vervolgens onder het Apeldoorns Kanaal door naar de Middelste Molen aan de oostzijde van dit kanaal. De Middelste Molen is een nog in werking zijnde papiermolen waar op ambachtelijke wijze papierproducten worden gemaakt. Molengoot, rad, waterval, alles is hier nog aanwezig. Het bedrijf wordt geëxploiteerd door de Stichting de Middelste Molen. Een nieuw museum en bezoekerscentrum is begin april 2018 geopend. Op de plaats van de voormalige Achterste Molen staat het bedrijf van Smurfit Kappa MNL Golfkarton, voorheen Lona Smurfit BV. Aan een oude molenplaats herinnert hier niets meer. Voorbij de Achterste Molen is de beek hier en daar verlegd.
Tussen de Middelste en de Achterste Molen is in de 20e eeuw nog tijdelijk sprake geweest van twee beeklopen. De Achterste Molen had schoon water nodig, wat door de bedrijvigheid bovenstrooms niet meer voorhanden was. Men heeft toen vanaf de Middelste Molen eerst een schot in de beek geplaatst, en verder stroomafwaarts een nieuwe bedding gegraven parallel aan de oude. Het schone water ging door de nieuwe bedding, de oude bleef vuil.
Toen als gevolg van de waterzuivering dit alles niet meer nodig was, werd de oude (vuile) beek gedeeltelijk gedempt. In het land is de beek nog goed zichtbaar. Bij Voorst, waar de beek Voorsterbeek heet, stond de Nijenbeker Korenmolen.
Adelaarbeek
In 2013 is op het landgoed Beekzicht in de Gemeente Voorst een oude, gedempte meander van de Voorsterbeek opnieuw uitgegraven en gereconstrueerd. Meander de Adelaar ontleent zijn naam aan de Havezate De Adelaar, een oude boerderij, waar iets ten noorden ervan de meander aftakt van de Voorsterbeek. Net voorbij de aftakking ligt een inlaatwerk, een stuw, waar tijdens de aanleg de restanten van de in 1935 afgebroken Voorster Watermolen zijn ontdekt. Die dateert uit 1597 en is waarschijnlijk een herbouw van een nog oudere watermolen.
Meander de Adelaar, of Adelaarbeek, heeft een lengte van 2,2 km, stroomt richting het oosten om zich via de Lange Leiding weer bij de Voorsterbeek te voegen. De meander is niet voor het publiek toegankelijk.
Hooilanden top
De Loenense Beek werd gebruikt voor het bevloeien van hooilanden. De boeren in Loenen waren in 1664 met de heer van Ter Horst overeengekomen, dat zij van het water van de Loenense Beek gebruik mochten maken om bij uitzonderlijke droogte het hooiland van water te voorzien.
augustus 2022