Nieuw boek plaatst teloorgang Veluws landschap in historisch perspectief
,,Hoe komt het dat wij 50 jaar na inwerkingtreding van de Wet Verontreiniging Oppervlaktewateren nog steeds volop met het milieu, de natuur en het landschap bezig zijn? Milieubederf kent blijkbaar een lange geschiedenis en lijkt heel hardnekkig.’’ Met deze zinsneden in het voorwoord introduceert Epenaar Henri Slijkhuis een nieuw boek waarin hij op zeer toegankelijke wijze ingaat op de oorzaken van het verval van het Veluwse landschap, en dan met name met aandacht voor de sprengen en beken, die hij de aderen van het landschap noemt.
Slijkhuis was bijna veertig jaar werkzaam bij de Provincie Overijssel, waar hij een bijdrage leverde aan de uitvoering van vrijwel alle milieuwetten en de bescherming van het landschap en de natuur. Wetten die dateren vanaf 1969 en die zijn opgesteld om milieuverontreiniging terug te dringen en om de leefomgeving van mens, dier en plant te verbeteren. Maar anno 2020 kennen we diverse kurkdroge zomers op rij, die al in het voorjaar beginnen.
Voor vrijwel alle wetenschappers staat vast, weet Slijkhuis, dat ons klimaat gaat veranderen door het broeikaseffect. Het levert trieste plaatjes op van waterraderen bij watermolens, die in het luchtledige hangen en beekbodems waar het gras welig groeit. Drinkwateronttrekkingen in de omgeving van sprengen en beken versterken deze verdroging. Daarnaast vermindert de biodiversiteit op de Veluwe door de stikstofproblematiek. Vele natuurgebieden gaan in kwaliteit achteruit door bemesting en verzuring. De schrale zandgronden op de Veluwe zijn hier extra gevoelig hiervoor.
Hoe zal de toekomst van de sprengen en beken eruit zien?, vraagt Slijkhuis zich dan ook af. ,,Om daar iets over te kunnen zeggen, moeten we in het verleden te duiken’’, stelt hij. ,,De huidige problematiek komt namelijk niet uit de lucht vallen, maar kent een lange voorgeschiedenis.’’ In zijn boek gaat Slijkhuis in op de bedreigingen in het verleden en de oplossingen die gevonden zijn. Hij beschrijft ook de huidige stand van zaken en blikt vooruit naar de toekomst. De sprengen en beken worden in een brede, economische context geplaatst, zodat het ook een Nederlandse milieugeschiedenis is.
Henri Slijkhuis heeft chemische technologie en geschiedenis gestudeerd. Zijn afstudeerscriptie uit 1989 ging over de geschiedenis van de watervervuiling in Overijssel in de periode 1870-1970. De afgelopen tijd heeft hij zich verdiept in de geschiedenis van de Veluwe en heeft diverse artikelen en boeken over dit onderwerp gepubliceerd. Hij is hoofdredacteur van het kwartaalblad van de Stichting tot Behoud van de Veluwse Sprengen en Beken “De Wijerd”.
Het nieuwe rijk geïllustreerde boekwerk van 84 pagina’s is te bestellen bij de Bekenstichting (www.bekenstichting.nl en info@bekenstichting.nl) en kost 8,50 euro. Deze lage prijs wordt mogelijk gemaakt door een bijdrage van Waterschap Vallei en Veluwe. Mensen die donateur worden, krijgen het boek gratis toegestuurd. Dat geldt ook voor donateurs die iemand aanmelden.